Een paar dagen geleden kwam de mail waar ik zo lang naar uitgekeken heb. Esther Buitenhuis heeft in haar volle agenda ruimte gemaakt om Reuzeltje tot een boek te vormen.

Ik kan haast niet beschrijven hoe bijzonder dit moment is. Je hebt een paar grote vellen papier die niet in te scannen zijn. Esther vertelt dat ze iedere tekening in twee delen scant en daarna weer aan elkaar plakt. Als dat maar goed komt. Nou, ik kan jullie vertellen dat het meer dan goed is gekomen. Ik open de bijlage in de mail en ‘pats’. Voor mij staat de voorkant van een boek. Van Reuzeltje’s boek. Ademloos heb ik er naar zitten staren. Wat als een leuk projectje begon, is uitgegroeid tot iets heel professioneels. De cover van het boek is ‘echt’.

 

Vol verwachting bekijk ik de volgende pagina’s. De tekst mag naar mijn stellige overtuiging niet overheersen. Kinderen moeten ongestoord weg kunnen dromen in de tekeningen. Want laten we eerlijk zijn, in een bos kom je ook nergens letters tegen, dus in het bos van Reuzeltje moeten ze ook op de achtergrond blijven. Dit lukt heel goed.

 

En dan is er nog zoiets als de colofon, de achterkant en een dankwoord. Ik ga naar de bibliotheek om even af te kijken hoe dit moet. De colofon en het dankwoord zijn zo klaar. Langzaam ontstaat een idee over de achterkant van het boek. Natuurlijk komt er een foto van de meiden met een stukje tekst. En dan besef ik me ineens dat ik dan ook met een foto op mijn boek zou moeten komen. Ai, dat is eigenlijk niet de bedoeling en ik heb niet eens een foto die geschikt zou zijn.

 

Na de nodige aanmoedigingen uit mijn omgeving probeer ik een selfie te maken. Wat een drama. Dit dreigt een groot fiasco te worden, totdat ik mijn buurvrouw zie die net de boodschappen uit haar auto haalt. Voordat ik me kan bedenken, maak ik haar deelgenoot van mijn probleem. Ze laat spontaan de boodschappen in de auto staan en neemt gelijk foto’s van me. Ze overtuigd me dat de foto’s goed zijn en zo geschiedde het. Een foto van mij op het boek. Nee, nee, het leven van een auteur gaat niet altijd over rozen. Wat een hobbel was dit om te nemen, maar daar zullen de lezers gelukkig niets van merken.

 

Tot slot wil ik persé een barcode bij mijn ISBN. Op internet vind ik een gratis programma waarbij ik de ISBN intoets en hoppa, daar is de code al. Dat een paar zwarte streepjes zoveel betekenis kunnen hebben. Esther plaatst de barcode en stuurt de definitieve opzet van ‘het boek’ naar drukkerij Meijerink in Dalfsen. Hij heeft nog net genoeg tijd om er een fysiek boek van te maken.

 

En nu…. nu even helemaal niets. Ik heb Reuzeltje los moeten laten en dat voelt een beetje leeg. Tegelijkertijd ben ik ook trots. Mijn Reuzeltje gaat het huis uit en wordt zelfstandig.

danielle